Nederlands als vreemde taal leren in een meertalige wereld: waarom en hoe?

Panel   Taalkunde
Datum  Dinsdag 26 augustus 2025
Lokaal  03 N 06
Starttijd 10:30

N.B: De volgende lezing is geannuleerd - Laurent Rasier, 14:00-14:30 NVT-onderwijs 3.0. Welke plaats voor authenticiteit, diversiteit en technologie?

Abstract

De positie van het Nederlands naast het Engels en andere internationale talen staat steeds meer onder druk (Raad voor de Nederlandse Taal en Letteren 2016). Dit roept belangrijke vragen op: ‘Waarom zouden leerlingen en studenten vandaag de dag nog kiezen voor Nederlands als vreemde taal in een globaliserende wereld?’ en ‘Welke didactische benaderingen en leermethoden zijn het meest geschikt in die context?’

De vraag naar het leren van het Nederlands in niet-Nederlandstalige regio’s wordt regelmatig ter discussie gesteld (Huning 2012; Hosea 2012). Daarbij komen ook de rol van het Nederlands in de persoonlijke en professionele ontwikkeling van studenten aan bod (Mettewie 2015), evenals de manier waarop maatschappelijke behoeften het leren van de taal kunnen bevorderen (Degrave & Hiligsmann 2022). Naast de motivaties is het cruciaal om te bepalen welke leermethoden het meest effectief zijn in een geglobaliseerde context. Ludieke werkvormen, zoals gamificatie (Kántor-Faragó 2023) en het gebruik van muziek (Degrave 2019), blijken een positief effect te hebben op het leren van het Nederlands.

Verder kan worden overwogen of het Nederlands als zelfstandig vak moet worden onderwezen, of dat geïntegreerde benaderingen zoals CLIL (Hiligsmann et al. 2017) en DMI (Louis et al. 2024) betere alternatieven bieden. In dit panel nemen we de uitdagingen van het leren van het Nederlands als vreemde taal in 2025 onder de loep. We bespreken de beweegredenen van verschillende NVT-doelgroepen en de effectieve didactische methodologieën.

Dit panel biedt een platform om de toekomst van het Nederlands als vreemde taal in meertalige contexten te verkennen, en nodigt deelnemers uit om ervaringen en inzichten te delen over hoe het Nederlands als vreemde taal kan blijven floreren in een meertalige wereld. NVT- en NT2-docenten en -onderzoekers worden uitgenodigd om aan het panel deel te nemen, zodat we een zo breed mogelijk perspectief op het onderwerp kunnen bieden.

Omschrijving bijdragen

10:30-11:00 Waarom Nederlands loont in het Franstalig hoger onderwijs
Pauline Degrave, UCLouvain, Louvain-la-Neuve, België
Laetitia Louis ,UCLouvain, Louvain-la-Neuve, België
Philippe Hiligsmann, Université du Luxembourg, Luxembourg, Luxembourg

11:00-11:30 "Nutteloos" Nederlands? Een kwarteeuw attitude- en motivatieonderzoek in België.
Laurence Mettewie, Université de Namur, Namur, België
Ilias Vierendeels, Université de Namur, Namur, België

11:30-12:00 De motivatie van het leren van Nederlands als vreemde taal.
Annika Johansson, Universiteit van Stockholm, Stockholm, Zweden

Onderzoek naar motivatie kan gekoppeld worden aan het taalbeleid van de EU waarin wordt uitgestippeld dat EU-burgers twee talen naast de moedertaal zouden moeten beheersen. Het Engels is in het algemeen één van deze talen naast de moedertaal en onderzoek naar motivatie bij tweedetaalverwerving is vooral op het Engels gericht geweest (Boo et al., 2015). In de laatste tien jaar is onderzoek naar de motivatie van het leren van een LOTE:s (Languages other than English) toegenomen. Hieruit blijkt dat persoonlijkere factoren van de studenten de motivatie sturen in vergelijking met het globale Engels dat een verplicht onderdeel is in het reguliere schoolsysteem in veel landen van de wereld (Dörneyi & Al-Hoorie, 2017). In deze presentatie wordt het resultaat van onderzoek naar de motivatie van studenten Nederlands (een typische LOTE) als vreemde taal aan de Universiteit van Stockholm gepresenteerd. Tussen 2020 en 2023 werd een enquete verspreid onder de studenten die net met de opleiding waren begonnen. In totaal hebben 218 studenten de enquete ingevuld over hun motivatie. Met het theoretische kader Second Language Motivational Self, ontwikkeld door Dörneyi (2005, 2009), als uitgangspunt liet de thematische analyse van de antwoorden van de studenten vier thema’s zien: (1) coming closer to one’s desirable self; (2) building relationships; (3) career advantage; (4) migration. Uit eerder onderzoek naar LOTE:s blijkt dat het ideaal om meertalig te zijn als motivatie kan dienen (Ushioda 2017; Henry 2017; Henry & Thorsen 2018). Dit wordt ook in dit onderzoek bevestigd. Uiteindelijk kan onderzoek naar motivatie het ontwikkelen van relevante curricula en lesmethodes voor het leren van een LOTE ondersteunen die beter aansluiten op de behoeften van de studenten in het hoger onderwijs.

12:00-12:30 Recente interventies en evoluties in het Caribisch-Nederlandse NVT-onderwijs.
Adriaan D'Haens, TILLIT language academy, Brussel, België

Deze lezing sluit aan bij de vraag welke kansen en uitdagingen het NVT-onderwijs (lager en middelbaar/PO en VO) biedt binnen de Caribische context. Het vertrekpunt vormt de transitie in instructietaal op Sint Eustatius, naar aanleiding van het rapport van Faraclas, Kester en Mijts (2014). Deze ontwikkeling wordt gecontextualiseerd binnen het bredere Caribisch-Nederlandse onderwijslandschap, dat politiek-historisch en taalonderwijskundig wordt geschetst. De transitie van Nederlands naar Engels als instructietaal op Sint Eustatius ging gepaard met de invoering van het concept “Nederlands als Sterke Vreemde Taal”. Daarenboven is er in het hele Caribische gebied een paradigmaverandering bezig van NT1 naar NVT. We belichten enkele interventies die hiermee verband houden en die voornamelijk betrekking hebben op de professionalisering van leraren, taaltoetsing en curriculumontwikkeling. Hierbij wordt een overzicht gegeven van de uitdagingen van het Statiaanse NVT-onderwijs. Daarbij wordt onder meer stilgestaan bij de eigenheid van een kleine eilandgemeenschap en de gevoeligheden van een postkoloniale context. Adriaan D’Haens, de spreker, werkt sinds 2019 in het Caribisch-Nederlandse taalonderwijs. In eerste instantie als lokaal verankerde taalonderwijsexpert voor St Eustatius en Saba, daarna aan verscheidene projecten voor de verschillende eilanden. Hij bekijkt het onderwerp vanuit een taalonderwijskundig perspectief maar staat ook stil bij zijn ervaring en positionaliteit vanuit een antropologisch linguïstische hoek. De insteek van de presentatie is om een onderbelicht, weinig bekend maar bijzonder boeiend deel van het Nederlandse taalgebied voor te stellen en vanuit concrete casussen te reflecteren op bredere bevindingen voor contextgeschikt NVT-onderwijs.

13:00-14:00 LUNCH

14:00-14:30 Gamificatie en muziek als leermiddelen in het NVT-onderwijs
Pauline Degrave, UCLouvain, Louvain-la-Neuve, België
Márta Kántor-Faragó , Universiteit van Debrecen, Hongarije

ipv

14:00-14:30 NVT-onderwijs 3.0. Welke plaats voor authenticiteit, diversiteit en technologie?
Laurent Rasier, Université de Liège, Luik, België

N.B: Deze lezing is komen te vervallen

Onze globaliserende wereld stelt het vreemdetalenonderwijs voor belangrijke uitdagingen. Volgens het Europees Referentiekader (2020) moet het vreemdetalenonderwijs o.m. de linguïstische en culturele diversiteit beschermen, het recht op kwalitatief onderwijs voor iedereen versterken en de interculturele dialoog en sociale integratie bevorderen. Daar komt nog bij dat ook het profiel en de behoeftes van de leerders snel evoluëren. Het onderwijs van het Nederlands als vreemde taal (NVT) is hier geen uitzondering op (Taalunie 2022). In deze bijdrage wordt gereflecteerd over de nieuwe agenda voor het NVT-onderwijs en over pistes om om te gaan met de nieuwe onderwijscontext en leerdersprofielen. In het eerste deel van de lezing worden de eerste resultaten uit de doeken gedaan van een comparatief onderzoek naar NVT-lesboeken in Franstalig België. In de studie staat de vraag centraal hoe authentiek en cultureel resp. linguïstisch divers de lesboeken zijn (Yelcin & Rasier 2024). Er wordt o.m. aandacht besteed aan de sprekersprofielen (bv. gender, etniciteit), de communicatiesituaties, de sociale rollen en functies van de personnages, de variatie in het taalgebruik (bv. taalvarianten, tekstgenres). Dit zal ons een indicatie geven van de mate waarin huidige leermiddelen passen binnen een beleid dat diversiteit en authenticiteit centraal stelt, evenals van de dimensies waar het materiaal tekortschiet (Gray 2023; Saniger 2020). Vervolgens wordt via praktijkvoorbeelden het didactisch potentieel verkend van enkele digitale tools, incl. generatieve artificiële intelligentie (GenAI), die NVT-leerders én -docenten bij verschillende aspecten van het NVT-onderwijs kunnen ondersteunen. Met name GenAI blijkt ondanks biases een veelbelovende aanvulling op lesboeken. Ook biedt GenAI interessante feedback- en individualiseringsmogelijkheden, wat een positief effect kan hebben op de resultaten en de motivatie van de leerders. In de conclusie wordt een lans gebroken voor inclusiever (N)VT-onderwijs, met een sterke(re) nadruk op authenticiteit en diversiteit. Hiertoe kunnen nieuwe technologieën een steentje bijdragen.

14:30-15:00 Kan receptieve meertaligheid ons een (nieuw) perspectief bieden binnen NVT?
Zuzanna Czerwonka-Wajda, Universiteit van Wroclaw, Wroclaw, Polen

Sprekers van twee verschillende talen kunnen elkaar tot op zekere hoogte begrijpen wanneer ze hun eigen moedertaal gebruiken, mits de talen genetisch verwant en typologisch vergelijkbaar zijn (Gooskens & van Heuven, 2021; Ten Thije, 2019). Dit linguïstisch-communicatieve fenomeen heeft door de jaren heen verschillende benamingen gekregen, zoals mutual intelligibility, semicommunication, intercomprehension, plurilingual communication, en lingua receptiva. Tegenwoordig wordt echter de term 'receptive multilingualism’ (nl. receptieve meertaligheid) het meest gehanteerd. Verder tonen Branets et al. (2020) aan dat de verwerking van een onbekende taal ook kan plaatsvinden via een bemiddelende taal, die genetisch en typologisch meer overeenkomt met de onbekende taal dan met de moedertaal van de gebruiker. Daarom wordt in recent onderzoek de term 'mediated receptive multilingualism’ (nl. bemiddelde receptieve meertaligheid) als subcategorie onderscheiden. Zoals Ten Thije en Zeevaart in de inleiding van de door hen geredigeerde monografie “Receptive Multilingualism: Linguistic Analyses, Language Policies, and Didactic Concepts” (2007) laten zien, biedt receptieve meertaligheid een breed scala aan onderzoeks- en toepassingsmogelijkheden, niet alleen binnen historische linguïstiek, sociolinguïstiek en taalbeleid, maar ook in de toepaste taalkunde, interculturele communicatie en – wat voor het panel van belang is – taaleducatie. Uitgaande van de principes van de EuroCom-methode (Hufeisen & Marx, 2007) wordt in deze bijdrage verder ter sprake gebracht hoe het onderwijs van Nederlands als vreemde taal kan profiteren van de inzichten die binnen het onderzoeksdomein van receptieve meertaligheid al zijn opgedaan. Er wordt specifiek gekeken naar hoe de wederzijdse verstaanbaarheid van talen en het gebruik van cognaten ingezet kunnen worden om begrijpend lezen te oefenen en het taalgevoel te versterken. De presentatie wordt ondersteund met voorbeelden van onderzoek op het gebied van receptieve meertaligheid uitgevoerd aan de Universiteit van Wroclaw, waarin de auteur en haar studenten met gevorderde kennis van het Engels (vaak ook Duits) het Nederlands als derde of volgende vreemde taal leren.

15:00-15:30 Rondetafelgesprek